Billy Stewart

Billy Stewart begon op 12 jarige leeftijd met zingen toen hij met zijn jongere broers Johnny, James en Frank The Four Stewart Brothers vormden.

Af en toe viel hij in bij de groep The Rainbows die onder leiding stonden van de toekomstige soulster Don Covay. Via The Rainbows ontmoette hij een andere jonge zanger genaamd Marvin Gaye. Het verhaal gaat dat de rock-'n-roller Bo Diddley de ontdekker van Stewart is. Stewart speelde piano in Washington D.C. en Diddley nodigde hem uit om één van zijn achtergrondmuzikanten te zijn.

Hij tekende in 1955 een platencontract bij Diddley’s Chess Records. Diddley is te horen als gitarist bij de single Billy's Blues uit 1956. De single verkocht goed en Stewart tekende bij Okeh Records en nam daar Billy's Heartache op samen met de The Marquees waar onder andere Marvin Gaye in zat.

Begin jaren 60 kreeg hij steeds meer succes dankzij de singles Fat Boy, Reap What You Sow en Strange Feeling. Het zou niet lang duren voordat hij groot succes ging boeken. Halverwege de jaren 60 nam hij twee zelfgeschreven nummers op, I Do Love You en Sitting In The Park. Zijn eigenzinnige improvisatietechniek, scatzang en zijn trillende lippen maakten zijn stijl uniek in de jaren 1960. In 1966 kwam zijn tweede album Unbelievable uit. Hierop is zijn hit Summertime te horen.Hij wist daarna niet meer het succes te evenaren.

In januari 1970 overleed hij op 32-jarige leeftijd door een auto-ongeluk.