In zijn woonplaats Baden-Baden is donderdagavond de Duitse schlagerzanger Tony Marshall overleden. In 1972 scoorde hij drie hits in de Nederlandse Top 40, waaronder de nummer 2-hit Schöne Maid. Tony was al langere tijd ziek. Hij is 85 jaar geworden.
Het verdrietige nieuws werd vrijdagmiddag door een woordvoerster van de familie aan de pers medegedeeld. Op Instagram eerde zijn oudste zoon Marc zijn vader - die twee weken geleden nog zijn 85e verjaardag vierde - met een mooie foto en de korte boodschap: "Danke, Papa!". Veel Duitse media staan vandaag stil bij het overlijden van 'Der Fröhlichmacher der Nation', oftewel: de sfeermaker des vaderlands.
Tony Marshall werd op 3 februari 1938 in de Duitse stad Baden-Baden geboren als Herbert Anton Bloeth. Als kind zong hij al in een kerkkoor en in de jaren 50 zong hij in het omroepkoor van de SWF, de regionale publieke omroep van Baden-Württemberg. In 1965 studeerde hij af als operazanger aan de muziekschool van Karlsruhe. Hij was op dat moment al getrouwd met zijn jeugdliefde Gabi en was vader van een zoon. Hij voorzag dat hij als operazanger niet succesvol genoeg zou worden om zijn jonge gezin te onderhouden. Daarom werkte hij als croupier in een casino en richtte hij zich op de populaire muziek. Zijn eerste single in 1966 was een Duitstalige cover van de Franse hit Aline van Christophe. Het nummer werd geen succes en ook de opvolgers werden geen hits. Daarom besloot Tony in 1968 in Baden-Baden zijn eigen café te openen. Uiteraard trad hij daar regelmatig op.
In zijn eigen café werd hij ontdekt door Jack White, een jonge Duitse producer die onder zijn echte naam Horst Nußbaum midden jaren 60 nog een tijdje als profvoetballer bij PSV had gespeeld. Hij vond dat Tony zich beter op schlagermuziek kon richten, die rond 1970 sterk aan populariteit won. Jack White bewerkte de Polynesische traditional Na'u Haka Taranga (ook bekend als Na Waka) tot de aanstekelijke schlagerhit Schöne Maid (Schöne Maid, hast du heut' für mich Zeit / Ho-ja, ho-ja, ho). Hoewel Tony even aan deze omschakeling naar hoempapamuziek moest wennen - hij vond het liedje aanvankelijk helemaal niks - ging hij toch akkoord.
In 1971 maakte Tony met dit nummer zijn debuut in de Duitse hitparade, waar hij uiteindelijk de derde plaats haalde. Begin 1972 waaide het nummer ook over naar Nederland, waar het rond carnaval een grote hit werd. Schöne Maid stond bij ons twee weken op nummer 2, maar werd van de eerste plaats gehouden door Sacramento van Middle Of The Road. Rond dezelfde tijd stonden De Heikrekels in de Top 40 met hun Nederlandse versie Lieve Meid. Deze uitvoering bereikte net niet de top 10. De melodie van Schöne Maid zou daarna nog veel vaker gebruikt worden, onder andere in het nummer Met Marlous Onder De Douche van Zanger Rinus uit 2009.
Na Schöne Maid scoorde Tony nog twee Top 40-hits met de feestnummers Komm Gib Mir Deine Hand en Ich Fang' Für Euch Den Sonnenschein. In ons land evenaarden deze singles niet het succes van zijn debuuthit. In Duitsland lukte dat met Komm Gib Mir Deine Hand wel. Dat nummer had in maart 1972 twee weken op nummer 1 gestaan. Daarna scoorde hij tot 1991 nog tien hits in de Duitse hitparade. Daarvan haalde alleen het nummer ... Und In Der Heimat de top 10. In Nederland was zijn hitsucces na 1972 al voorbij.
In 1976 zou Tony Marshall Duitsland vertegenwoordigen op het Eurovisiesongfestival in Den Haag. Hij had met het nummer Der Star de nationale voorronde gewonnen, maar zijn bijdrage werd gediskwalificeerd. Het lied was nooit eerder uitgebracht, maar stond begin jaren 70 wel op het repertoire van de Israëlische zangeres Nizza Thobi, die het honderden keren tijdens optredens had gezongen. Volgens het songfestivalreglement was dat verboden en daarom werden in de plaats van Tony The Les Humphries Singers met hun liedje Sing Sang Song afgevaardigd. Over dit Eurovisieschandaaltje werd destijds ook in de Nederlandse kranten bericht.
Tony Marshall is zijn hele leven blijven optreden in het schlagercircuit en kwam regelmatig op televisie. In de tweede helft van de jaren 0 kwam zijn operaopleiding hem ook nog eens van pas. Toen mocht hij namelijk de hoofdrol Tevje spelen in de musical Anatevka (Fiddler On The Roof). Drie jaar later kreeg hij ook de rol van Papageno in de opera Die Zauberflöte van Mozart.
Tony laat zijn echtgenote Gaby en hun drie kinderen Marc, Pascal en Stella achter. Pascal werd zo'n tien jaar geleden wereldberoemd als helft van het duo Die Woodys, van wie het liedje Fichtl's Lied uit 1984 plotseling uitgroeide tot een bekende internetmeme.
